2012-05-02
NOVA ZEMBLA 
3, 
Niet meer omkranst door oceaan 
zet ik mijn koers uit, hier op dit 
papier, een ijszee, noordelijk wit, 
vaamdik. 
                    Maar wie ben ik om aan 
zo’n blinde opdracht te voldoen? 
Ik?  
               Ik ben Lazarus. Ik ben 
degeen die opgewekt is toen 
- al dagen dood – zijn vriend met klem 
hem riep. Ik, die ook telkens weer 
geroepen worden moet. Te zeer 
van graf- en lijkengeur omrookt. 
Een vlucht naar voren uit de dood. 
Zo struikelend de toekomst in, 
zoek je je houvast in de tijd, 
rivier die te glad langs je glijdt, 
steeds zich herhalend nieuw begin. 
Dus ook oud eind: geschiedenis 
waar steeds opnieuw geloof krediet, 
hoop gouddroom, liefde hebzucht is. 
En leven geeft. En neemt: om niet. 
> inhoud 
   
 
 |