2012-03-16

RAPSODIE 5

-

Zo laat, traag worden wie ik ben.
Wel op de vlucht steeds voor geweest
en zullen vreten voor – ‘k beken –
zo lang als ‘t duurt. Toch: vormselfeest.
Pril, wit, ik voel de handen op
mijn kruin, de olie op mijn front
en hoor het woord dat tot mij komt.

Gebogen hoofd een heuveltop
boven het bronzend hart van ’t woud,
waar najaarskraaien discussiëren,
leen hun mijn oor, o, blijven leren,
ja af- en aan-. Pas dood te oud.
Maar nu en hier mijn elfde uur,
die witte bloesem pinkstervuur.
 

(21 januari 2011)
>inhoud
 



  Website gebouwd door intronet