2008-06-04
SICILIAANSE AVONDUREN
-
Erice hangt boven zee als de boeg van een galei (Trápani als ram erbij) op haar eigen odyssee van een mistig, mythisch Troje naar ’t toeristische vandaag waar wij als bezoekers traag slenterend, winkelend ons verstrooien.
Landingsplek van Daedalus toen zijn vlucht gelukt, zijn zoon stomverdronken was, vertoon van zijn – of jouw – grenzen dus.
(Riep hij? En wat riep hij dan (“Vader! Vader!”?) toen hij viel?)
Kunstenaar met hart en ziel, vader van zo menig plan, enkel zwijgen zo’n moment is gepast, nee meer: je kan anders niet, nar, charlatan, die je uiterst voelbaar bent. En dat het verhaal hier gaat dat je een honingraat van goud maakte als dank voor jóuw behoud, ach,dat is toch vrouwenpraat? Vroomheid eiste dat gebaar, zonder duidde men je euvel: Erice een Venusheuvel met een kerk als kittelaar.
Jij valt. Zij vaart ongestoord door wat jou gebeurde voort.
In haar schoot drentelen wij, kalm aan ’t keuvelen, voorbij, buitenstaander, toeríst, klant: onweersprekelijk passant. (12 juni 2008)
Erice zou gesticht zijn door vluchtelingen uit Troje. Haar Venustempel (de stad ligt op een ver boven de omgeving uitstekende rots) was in de Oudheid een baken voor zeevarenden.
>inhoud
|