2008-06-04
SICILIAANSE AVONDUREN
-
Oud is de wereld hier en alles al gezien: Korè ontvoerd, die stier van Phalaris en wie ’n oogje (één ja) had op Galathee voordat hij Niemand tegenkwam. Hier was de middag van de faun, hier zongen wulps pastorale tongen hun eeuwige idyllen. Oud is de wereld hier. Ook bittere geschillen, wraak, weerwraak, geen kwartier, hier, waar je laarzen hoort, krijgspaarden, krijgsgeschreeuw, de cirkels zijn verstoord, steeds weer, van eeuw tot eeuw. De heerser altijd vreemd. Zijn zin, zijn goed, zijn recht. Wat hij ook geeft, hij neemt. Wat is, is wat hij zegt. Te vaak verlost, bevrijd kind van de rekening, dat waanvrijwijs zich wijdt aan zelfverdediging. Groen een herinnering in zomers van cement. Geschiedenis: tot hier! En toekomst? Ach het went. Een sleets, vergeeld klavier waar weifelend een hand een wijsje aan ontlokt, dat voor je het verband herkent hebt, al weer stokt en overnieuw begint. Hoe oud de wereld hier. Ik ben hier grijs een kind, een luxe passagier, opstomend naar de kimmen, die alles nog wil zien, een wereld nog wil winnen. En hier zo wordt voorzien. (28/29 mei 2007)
>inhoud
|