2016-12-31

GEVALLEN WOORDEN 2016

-

Nooit heb ik stilgestaan bij wat
mij overkwam, die drang tot schrijven.
O, eerst een spel, een grap, maar dat,
zou het – bleek al heel snel – niet blijven.
Behoefte kreeg een vorm. Droom vroor
tot woord dat ingegeven werd,
tot beeld dat stond, tot spiegel voor
een puber die, verspoord, versperd,
zichzelf vooral aan ’t zoeken is.
Wanhopige geschiedenis
-bij zo veel kansen toch geen vraag –
van nederlaag tot nederlaag.

’t Gedicht geen antwoord, maar het was
van mij. En dat een ander dat
niet – althans in die mate – had,
dat alibi, dat alias,
kwam nooit goed door. Pas nu besef
hoe veel genade er in schuilt
van taal, voer voor mij ingekuild,
muziek, troost, hoop, geluk, roes, lef.

Zo ga ik voet voor voet mijn pad.
Rijm als mijn staf, nee: wichelroede
naar verten die ik nimmer had
-zelfs in de verste verte niet – kunnen vermoeden.

(28 maart 2016)

>inhoud

 



  Website gebouwd door intronet