2016-01-20
ADEMTOCHT 2015
-
Ze hadden nog maar net
- bespottelijk gezicht –
die schortjes aan, of – get! –
daar hoorden ze al – licht –
Hem neuriën: als altijd kwam
Hij ’s avonds langs. Wat doen?
Ze doken in het groen
want alles liever dan
dat Hij hen treffen zou.
Ze hoorden hoe Hij riep:
“Hé, mens, waar ben je nou?”
En ja, Hij vond, hoe diep
ze zich hadden verstopt,
hen toch. “We waren bang,
we zijn zo bloot!”. Je fopt
Hem niet. Hij snapte al lang
hoe ’t zat: “Zo bloot? Wie zei
je dat?” –O, knoeierij!
Hij doet ze hemden aan
en zendt ze uit de hof.
Hij ziet ze beiden gaan
en denkt: wie weet niet of
eens toch? Herpakt zich weer:
Kom! Zeg! Vervolgt Zijn weg
- maar neuriën? Niet meer.
En zij? De wereld in.
En ja: pijn, vloek en zweet.
Maar niet alleen. Soms schim
van toen, die tuin. Er zweeft
een melodietje door
de avondlucht – Hé! Hoor!
(16-23/31 maart 2015)
inhoud>
|